Repetitie eigenschappen

Functie

Repeterende elementen definiëren binnen een lijn- of vlakvormig component.

Werking

Voorwaarde:

  • Er dient reeds een lijn- of vlakvormig component geopend te zijn.

Als er een lijnvormig component geopend is, verschijnt er een dialoog waarin een lijnrepetitie kan worden gedefinieerd:

  • Vul een geldige waarde in voor de Repeteerafstand.

  • De waarde kan ook worden opgemeten in de tekening door de knop naast het invoerveld te gebruiken.

  • Geef de schakelaar [✓] Corrigeren tegen de rand de gewenste waarde.

Als er een vlakvormig component geopend is, verschijnt er een dialoog waarin een puntarcering kan worden gedefinieerd:

  • Vul geldige waarden in voor de repeteervectoren in.

  • De waarden kunnen ook worden opgemeten in de tekening door de knop naast het invoerveld te gebruiken.

  • Geef de schakelaars [✓] Corrigeren tegen de rand en [✓] Relatief de gewenste waarde.

Opmerkingen

  • Zie voor de betekenis van de verschillende opties Repetitie.