Instellingen vloerverwarming

Functie

Het opgeven van eigenschappen voor een geldig vloerverwarmingssysteem in het project.

Werking

  • Na het ontwerpen van een vloerverwarmingssyteem kunnen met deze functie eigenschappen aan de slang worden toegekend:

    • Fabrikant: vul hier de naam van de fabrikant van de toegepaste slangen in.

    • Productlijn: hier kan de gekozen productlijn van de fabrikant ingevuld worden.

    • Omschrijving: vul hier een eigen omschrijving in die aangeeft welk type slang er gebruikt wordt.

    • Bestelcode: de bestelcode van de gekozen fabrikant kan hier ingevuld worden. De eigenschappen fabrikant, productlijn, omschrijving en bestelcode worden in een teloverzicht meegenomen, dat in de tekening gegenereerd kan worden om bijvoorbeeld de slangen te gaan bestellen.

    • Diameter: kies hier een diameter voor het gebruikte slangtype. Dit wordt vervolgens in de 3D-weergave van het vloerverwarmingssysteem, alsmede in de IFC-export, gebruikt om de slangen met de juiste diameter te tonen.

    • Maximum lengte per groep: geef hier in meters op wat de gewenste maximum lengte per groep is. Standaard is hier 100 meter ingevuld. Op het moment dat een groep deze lengte overschrijdt, wordt hier bij het uitwerken van de slangen een waarschuwing over gegeven.

    • Afronding: bij het tekenen van de slangen (als polylijn) wordt op elke hoek automatisch een afronding toegepast om de slangen flexibel te tekenen. Wil je deze afronding binnen de tekening groter of kleiner maken, dan kun je dat hier instellen, in millimeters. De standaardwaarde is 50. Heb je hier een aanpassing gedaan, dan word je direct na het sluiten van de instellingendialoog gevraagd of je de gekozen afronding wilt toepassen in de tekening.